Schriftelijke vragen, Reactie van CWI op bezwaarschriften I-D ers
Schriftelijke vragen, Reactie van CWI op bezwaarschriften I-D ers
In de afwijzing van de bezwaarschriften op het ontslag van het I-D personeel staat de volgende passage:
Gelet op al het voorgaande ben ik dan ook van oordeel dat beëindiging van het dienstverband met betrokkene niet onredelijk is.
Aan deze toestemming wordt de voorwaarde verbonden dat de werkgever binnen 26 weken na bekendmaking van deze toestemming geen werknemer in dienst zal nemen voor wie het verrichten van werkzaamheden van dezelfde aard, dan nadat hij degene voor wie de toestemming tot opzegging van de arbeidsverhouding wordt verleend, in de gelegenheid heeft gesteld zijn vroegere werkzaamheden op de bij de werkgever gebruikelijke voorwaarden te hervatten. Onder in dienst nemen is in dit verband tevens te verstaan de aanstelling van parttime werknemers of het inlenen van uitzendkrachten (Rb Assen 31 oktober 1997, Prg. 1997/4713, 1997/4862: Rb Leeuwarden 2 mei 2001, JAR 2001/139: HR 16 november 2001, JAR 2001/258). Niet-naleving van de gestelde voorwaarde heeft tot gevolg dat de beëindiging van de arbeidsverhouding wordt geacht zonder mijn toestemming te zijn geschied.
Namens Raad van Bestuur van de Centrale organisatie werk en inkomen.
Locatiehoofd Juridische Zaken.
Naar aanleiding van bovengenoemde stelt de SP u volgens het betreffende artikel van het reglement van orde de volgende vragen:
1. Is bovenstaande informatie bij het college bekend?
2. Zijn de organisaties van deze regel op de hoogte?
3. Bent u bereid om ze daarover te informeren?
4. Is bij het college informatie bekend dat verschillende organisaties van plan zijn om I-D medewerkers te vervangen voor ooievaarsbanen?
5. Hoe verhoudt dit zich met de uitspraak van het CWI?
Tymen Colijn
SP Fractie
